vrijdag 26 april 2013

Wie zijn wij? Onze geest of onze beperkingen?


Ik kan de weg niet overzien

Die ik zal moeten gaan

Maar ik houd mij aan de liefde vast

Die geeft mij steeds de richting aan

Ik houd mij vast aan de liefde

Zij klinkt als een zacht gefluister

“Volg toch mijn weg, al wordt hij soms steil en zwaar”

Ik hoor haar stem en luister….

 

Iets dat mij de afgelopen week enorm heeft getriggerd was een filmpje op de Facebook groep ‘Leven in God’ over een zwaar autistisch meisje – Carly Fleischman - die op 11-jarige leeftijd van haar ‘zelf’ liet horen toen ze het gebruik van een laptop in de vingers kreeg. Voor degenen die belangstelling hebben, hieronder staat de link naar het filmpje. Het is erg indrukwekkend….


En dit is haar eigen website:


Wat mij echt raakte was het feit dat haar ouders, totdat ze leerde met een computer om te gaan, al die tijd in de veronderstelling hadden geleefd dat ze geen besef had van wat er in de wereld om haar heen gebeurde. Dat haar ‘intelligentie’ zo beperkt was (door hoe ze er uit ziet), en dat ze dus geen relatie met de wereld om haar heen kon hebben. Uiterst pijnlijk voor hen om dan te moeten concluderen dat dit helemaal niet het geval was. En dat Carly wel degelijk heel goed wist wat er in haar wereld en die om haar heen gebeurde. Zo veel zelfs, dat ze nu een heel belangrijke schakel en stem naar buiten is geworden om de wereld te laten weten wat het inhoudt om autistisch te zijn.

Carly geeft aan ‘opgesloten te zijn in haar lichaam’……

Waarom dat zo is, weet ik ook niet en waarschijnlijk zal ik daar nooit een antwoord op krijgen. Haar ouders evenmin. Maar wat heel duidelijk wordt uit het filmpje en van haar website, is dat wie zij werkelijk is, haar ZELF, niet beperkt kan worden door de fysieke beperkingen waarmee ze zichzelf tot uitdrukking kan brengen in deze wereld. Sterker nog, ze geeft aan dat het geloof van haar ouders in haar ‘kunnen’ en mogelijkheden, van grote invloed is geweest op het leren naar buiten brengen van haar stem.

Wie zijn we dan?

We zijn een geest met een ziel die in een lichaam komt wonen om hier op aarde te kunnen verblijven. Voor de meesten van ons is leven in een lichaam zonder (aangeboren) beperkingen een gegeven feit. Voor sommige anderen niet. Maar van Carly heb ik geleerd dat zelfs als je lichaam jou beperkingen heeft, jouw geest niet beperkt hoeft te zijn. Met die beperking kun je een enorm geschenk aan de wereld zijn.

Een ander enorm treffend en sprekend voorbeeld is Nick Vujicic, de man zonder armen en benen.


Hoewel hij kampt met een hele andere vorm van beperkingen, is ook deze man iemand die enorm veel zegeningen in de wereld brengt. Jarenlang heeft hij moeten vechten om tot zelfacceptatie en zelfliefde te komen. Maar nu hij eenmaal zo ver is, raakt hij overal ter wereld harten en biedt hij mensen zoveel troost en liefde. Er gaat van zijn aanwezigheid hier op aarde enorme genade uit. In het hierboven vermelde filmpje raakte mij vooral dat hij kinderen zoveel liefde en troost biedt. Kinderen die allemaal op hun eigen manier gekwetst zijn en innerlijke pijn hebben. Hoewel hij tegen zoveel onbegrip en afwijzing in zijn leven is aangelopen, heeft hij de kracht gekregen / gevonden om zijn pijn te overstijgen en een liefdevolle inspiratie voor anderen te zijn….

Dat is iets waar veel mensen zonder beperkingen waarschijnlijk nooit aan toekomen.

Het is voor mij een troost om dit soort verhalen te lezen. Een troost omdat we op zo’n moeilijke tweesprong in ons leven hebben gestaan om ons over te durven geven aan de komst van Josephine. En deze verhalen hebben mij ook geïnspireerd om me niet te laten overweldigen door gevoelens van angst en wanhoop omdat deze twee mensen, Carly Fleischman en Nick Vujicic, hebben laten zien dat juist zij, met hun beperkingen, anderen enorm tot zegen kunnen zijn.

 ‘Angstvrij’ ben ik nog niet. Dat is een enorm proces waar ik nu in terecht ben gekomen. Ik heb werkelijk geen idee wat er gaat komen en juist die onzekerheid is soms heel zwaar. Ik merk dat ik door te bidden veel van die angst kan loslaten en dat ik daardoor rust in mijn hart krijg. Dat helpt me enorm om door de volledige aanvaarding heen te gaan, waar ik nu doorheen moet gaan. Mijn geest vecht echter nog dagelijks om tot volledige overgave van ‘wat komt’ te komen. Ook dat is geen sinecure…. Ik wil alles altijd zo graag onder controle houden. En dat is nu precies wat mij in deze situatie niet is gegeven. En tegelijkertijd besef ik me heel goed dat ik zelf voor dit proces heb gekozen. Ik heb niet gekozen voor de weg van de minste weerstand, voor het gemak en voor meer ‘controle’ door mezelf.

Overgave tot het onbekende.

Om tot overgave aan het onbekende over te gaan nog het volgende. Als het niet om het leven van een kind, mijn kind, ons kind, zou gaan, dan had ik waarschijnlijk een andere keuze gemaakt. De drempel ligt voor mij in het feit dat ik niet precies weet wat Josephine heeft en hoe ernstig het met haar is én dat ik het niet over mijn hart krijg om verantwoordelijk te zijn voor haar dood. Natuurlijk had ik zelf nooit willen kiezen voor deze onuitsprekelijk moeilijke keuze / situatie in mijn leven. Net als ieder ander wil ik ook comfort en plezier. Maar als je voor de keuze wordt gesteld, dan kun je niet anders dan de hele confrontatie met jezelf aan gaan. Hoe moeilijk die ook is. En welke keuze ik ook had gemaakt, pijnvrij zou die nooit zijn of worden…..

Gelukkig merk ik in mezelf geen boosheid over waarom mij en ons gezin dit overkomt. Daar ben ik heel dankbaar voor. Ik ben niet boos op God, of op het leven, op wie of wat dan ook. Dat komt niet in mijn hoofd op. Ik voel me zo dankbaar voor en gezegend met de twee prachtige kinderen die we al hebben en van wie ik elke dag zo intens geniet. En ondanks de regelmatig opkomende angstgevoelens en zorgen over wat er gaat komen, kijk ik natuurlijk enorm uit naar het moment dat onze Josephine wordt geboren. Ik ben zo benieuwd naar wie ze is! Van je eigen kind kun je niet anders dan houden. Dat weet ik gewoon en daar houd ik me aan vast…..

Dan is er nog iets wat ik graag wil delen. Op de Facebook groep ‘Leven in God’ komt ook regelmatig een dame genaamd Fia die fysiek ernstig beperkt is. Geestelijk is zij volkomen in orde en heeft ze een groot gevoel voor humor. Haar ‘levenspartner’ is iemand die geestelijk beperkt is maar fysiek wel in orde. Ze zijn geen ‘romantische’ partners, maar helpen elkaar door het leven heen. Wonderlijk én heel ontroerend vind ik dat. Twee mensen die op deze manier bij elkaar gebracht zijn en zo dienstbaar aan elkaar. Het is geen pijnvrij leven, maar wel duidelijk een leven waarin beiden een bestemming voor elkaar en met elkaar hebben gevonden.

Nog een mooie kabbalistische gedachte over ‘controle’ (Quote Michael Berg).

What We Can Control

We don’t always control the external circumstances of our lives – sometimes something happens unexpectedly.

The one thing we can control is whether or not we choose to react to it.

When we react, we check out. We’re no longer the one in charge of ourselves. We become the effect of whatever it is we are reacting to.

It takes a great deal of discipline to remain calm and steadfast in our certainty that everything is for the best, but the more we practice it, the greater we grow our peace within.

donderdag 18 april 2013

Over vreugde en verdriet, controle en loslaten


Inmiddels zijn we een week verder nadat we het besluit hebben genomen om de geboorte van onze Josephine in alle rust af te wachten in plaats van deze af te breken. De eerste dagen na ons besluit, kwam er een golf van euforie over ons heen. Vanuit onszelf, maar ook van anderen die intens met ons hadden meegeleefd. Nu de grootste golf van euforie wat tot rust is gekomen, is ook ruimte ontstaan voor andere inzichten. En bij mij af en toe ook gevoelens van paniek: “oh help, kan ik dit wel”, en “wat als ik nu toch de verkeerde keuze heb gemaakt?”….. Ik probeer me dan weer voor te stellen hoe ik me voelde toen ik heel kort voor het moment stond waarop ik de pil moest gaan innemen die tot Josephine’s vroegtijdige dood zou leiden. En dat ik daar helemaal misselijk van werd. “Gelukkig” heb ik dat niet hoeven te ervaren, hoe zij in mijn armen zou sterven. Wat ik wel ga ervaren nu ze gaat komen? Dat weet ik niet. Maar ik heb mezelf in ieder geval de levenslange gewetensvraag bespaard of ik überhaupt het recht in eigen hand had mogen nemen om haar hartje te laten stoppen met kloppen.

Ervaren van de existentiële grens van mijn invloed

Ik realiseer me heel goed dat er mensen zijn die ik met onze keuze onbedoeld aanval of veroordeel. Dat wil ik niet, maar door zo stellig mijn eigen positie in te nemen, kun je het zo wel interpreteren; dat ik anderen ‘veroordeel’ die wel over zijn gegaan tot het vroegtijdig afbreken van een zwangerschap. Het gekke is dat dit dus niet het geval is. Ik kan me namelijk heel goed voorstellen dat je zo’n besluit toch neemt. Maar ik / wij kan / kunnen dat niet. De dood van ons eigen kind in gang zetten, kan in mijn beleving niets goeds in mijn eigen leven rechtvaardigen. Hoe moeilijk de weg misschien ook wordt. Maar dan ligt de genade of zegen van ons besluit dus in iets anders. “Wat dan?”…. dat weet ik ook niet. Dat zal deze weg ons laten zien. Daar vertrouw ik nu op.

Omdat ik de laatste tijd echter steeds meer kennis heb verkregen over de bouwstenen van het menselijk lichaam in de vorm van chromosomen en genen, ben ik diep onder de indruk geraakt van de intelligentie die aan de basis van ‘leven geven’ ligt. Ik weet niet op welk niveau het ontstaan van leven daadwerkelijk ontspringt, want hoe begint het hart van een mens te kloppen? Wat ik wel weet is dat ik diep in mezelf een enorm ontzag ervaar voor deze ‘creërende intelligentie’ en het lukt mij persoonlijk niet om daar tegenin te gaan. Dat is een existentiële grens die ik ervaar en waar ik met mijn handen af wil blijven.

Eén van de mooie dingen die ik nu in mezelf maar ook in Patrick bespeur is dat “ja zeggen tegen Josephine” voor ons inhoudt dat we ook “ja tegen het leven zeggen”. We hebben – metaforisch gesproken – de deur wagenwijd opengezet; voor God, voor nieuwe mensen in ons leven, voor de mensen van wie we nu al houden en met wie we nu al bevriend zijn en we willen het leven nu ten volle gaan leven, meer dan ooit te voren. Door de ontzettend onzekere sprong in het diepe mét Josephine te nemen, is er in ons ook een soort besef ontstaan dat we nu heel blij moeten zijn met alles wat ons is gegeven. Door ‘het Licht’, door ‘God’. De twee prachtige kinderen die we al hebben, elkaar, de vele lieve mensen om ons heen. We weigeren ons over te geven aan een sfeer van wanhoop en in plaats daarvan duiken we nog veel dieper het leven in dan wat we hiervoor hebben gedaan. Dat is al een geschenk waar we mee beginnen.

Wij zijn geraakt door de enorme betrokkenheid van iedereen om ons heen; voor de vele gebeden, de bemoedigingen en de liefde. In één kerk alleen al is het afgelopen weekend door 2000 mensen voor Josephine en voor ons gebeden. Dat alleen al te mogen ervaren, is een groot wonder. In deze uitzonderlijke situatie merk je hoe afhankelijk je bent van de liefde van anderen, van hun bemoediging, begrip en van hun steun. Juist omdat je zo onzeker bent over wat gaat komen en of je dat wel echt allemaal aan kan. Wij zijn ook geraakt door de enorme vreugde van velen over ons besluit. De reacties van zoveel mensen is ronduit hartverwarmend geweest. Dat heeft ons enorm goed gedaan. We hebben werkelijk het effect van en de kracht door gebed ervaren. Iets wat voor ons relatief nieuw is om te ervaren, maar wat absoluut een onuitwisbaar effect heeft op onze geloofskracht; het ‘weten’ dat wij gedragen en omringd worden door een onvoorwaardelijke en oneindig liefdevolle geest die wij God noemen.

Ik wil de komst van Josephine niet ‘romantiseren’. Het kan best heel moeilijk worden soms. Maar gek genoeg is die wetenschap ook meegenomen in ons besluit. In ieder geval heel sterk in dat van mij om voor haar te kiezen in plaats van haar terug te sturen naar waar ze vandaan kwam, zo van “opgeruimd staat netjes….”….

Ik, net als veel anderen waarschijnlijk, heb de neiging om vooral en alleen te willen kiezen voor alle goede dingen van het leven. Dat is niet vreemd of raar, mensen zelfs ‘eigen’ denk ik. Een evolutionair ingebouwd principe dat we wat pijn doet, vermijden vanuit overlevingsdrang. Maar tegelijkertijd realiseerde ik me ook dat je het leven niet ten volle kunt leven als je altijd bezig bent met het proberen volledige controle te houden over wat er gebeurt. Dat zorgt voor heel veel stress en angstgevoelens. Zo’n control freak was en ben ik ergens nog steeds. Ergens diep in mij was echter al een tijdje een gevoel aan het borrelen dat ik behoefte heb aan veel meer diepgang, weten, kennen, ervaren. Maar angst voor pijn en verdriet zorgt er vaak voor dat we niet op de diepere lagen van onszelf terecht komen, of dichter bij onszelf….. ik zie dat heel veel om me heen, ook bij mezelf. Mensen die als het ware compleet buiten zichzelf leven en vooral hard blijven roepen dat alles goed met hen gaat…. Die onechtheid vind ik erg moeilijk. Want het leven is niet altijd fijn en prettig en mooi en harmonieus en dat hoeft ook niet. Maar daar zijn we ons voor gaan schamen. Echt zijn, je zwakheden erkennen is moeilijk voor veel mensen. Ook voor mij. Maar ik zoek er wel naar; ik wil het wel.

 

Een grappige gedachte waar ik me de afgelopen dagen van bewust werd.

Met Julia en Eva ben ik tot grote irritatie van vele anderen altijd heel voorzichtig geweest. Ik vind het heel vervelend als mensen hen gaan zoenen als ze zelf snipverkouden zijn. Ik vind dat trouwens voor mezelf ook niet fijn, maar mijn kids probeer ik daar altijd voor te beschermen. Het kindje in mijn buik kan ik niet beschermen. Als zij wat mankeert, dan is daar geen medicijn voor. Toen ik me dat realiseerde, drong ook tot me door dat ik daar heel veel van kan leren. Dat ik geen of weinig controle heb over hoe lang ze gaat leven, dat ik haar levenskwaliteit en levensduur helemaal in handen moet leggen van degene die haar hartje heeft laten kloppen. Deze situatie leert me nu dat ik los moet laten en zal moeten aanvaarden dat er nu eenmaal dingen in het leven zijn die we niet in de hand hebben. En gek genoeg geeft me dat ook een gevoel van rust, dat loslaten van al die verantwoordelijkheid die ik altijd op me neem.

Het kaf scheidt zich van het koren.

Een andere gedachte waar ik me gewaar van werd, is dat ik me niet meer wil belasten met allerlei onzinnigheden en kleine irritaties. En dat ik ontzettende behoefte heb om alles en iedereen waar ik me in het verleden aan heb gestoord, nu voor eens en voor altijd te vergeven en los te laten. Een soort van innerlijke ‘grote schoonmaak’ om zoveel mogelijk energie in mezelf vrij te zetten en ruimte te creëren voor een nieuw leven met Josephine. Maar met ons besluit om voor Josephine te kiezen is ook van een aantal mensen heel duidelijk gebleken dat ze moeite hebben met deze keuze. Ook mensen die heel dichtbij ons staan. En dat doet pijn om te ervaren. Er zijn momenten dat ik het wel wil uitschreeuwen van woede en frustratie “moet ik dan mijn kind vermoorden om vrienden met jullie te blijven of jullie goedkeuring te ontvangen?”…. nee dus. Het kaf scheidt zich hier van het koren en dat is goed, prima zelfs. Dat maakt loslaten makkelijker en ook duidelijk wie echt bij ons horen en wie niet.

Dan wil ik graag afsluiten met wat Kahlil Gibran in “De Profeet” zegt over vreugde en verdriet:

Vreugde en Verdriet

En toen zei een vrouw: “vertel ons over vreugde en verdriet” en hij antwoordde, zeggende:

“Je vreugde is je ongemaskerde verdriet.
De bron waaruit je lach opwelt is dezelfde die maar al te vaak gevuld was met je tranen.

Hoe kan het ook anders ? Hoe dieper verdriet in je wezen inkerft, hoe meer vreugde je kunt bevatten.
Is de drinkbeker die de wijn bevat niet dezelfde beker die in de oven van de pottenbakker gehard is ?
En is de luit die de geest tot rust brengt niet hetzelfde hout dat met messen werd uitgehold ?

Kijk als je je verheugt diep in je hart en je zult ontdekken dat enkel wat verdriet berokkent, vreugde schenkt.
Kijk als je verdriet hebt opnieuw in je hart en je zult zien dat je in werkelijkheid huilt om wat eens je grootste verrukking was”.

Sommigen van jullie zeggen: “vreugde is groter dan verdriet” en anderen: “nee, verdriet is groter”.
Maar ík zeg je: “ze zijn onafscheidelijk”.
Tezamen komen ze en als de een aanzit aan je tafel, bedenk dan dat de ander ligt te slapen op je bed.

Ja, als de schalen van een weegschaal balanceer je tussen je vreugde en je verdriet.
Alleen als je leeg bent, ben je in rust en in evenwicht.

Als de schatbewaarder je optilt om zijn goud en zijn zilver te wegen, kun je het rijzen en dalen van je vreugde of je verdriet niet vermijden.

Kahlil Gibran (uit: De profeet)

donderdag 11 april 2013

Angst en dood..... of .....liefde en leven?

11 april 2013

Jesaja 55: 8-9

Want Uw gedachten zijn niet mijn gedachten
en mijn wegen zijn niet Uw wegen
Want zoals de hemel hoger is dan de aarde
zo gaan ook Uw wegen mijn wegen te boven
En Uw gedachten mijn gedachten
 

Vandaag zou ze zijn gestorven….. ons kleine meisje dat inmiddels al weer 23 weken en 2 dagen oud is (in mijn buik) en waarvan we nu 4 weken geleden te horen kregen dat er iets mis was met een deel van haar cellen door een chromosoomafwijking die zo weinig voorkomt dat er wereldwijd slechts 5 medische rapporten over bestaan. De afgelopen weken waren we heel rationeel bezig met het afbreken van deze zwangerschap en probeerden aan de hand van allerlei argumenten voor ons zelf acceptabel te krijgen dat we deel aan haar vroegtijdige dood zouden hebben.

We hebben de weken sinds 11 maart jl. (de dag waarop we van het ziekenhuis te horen kregen dat er iets mis was met haar chromosomen) alle randen van onze ratio en emoties opgezocht en verkend.  Slechts 5% van haar cellen zijn niet goed gevormd, met de overige 95% is niets mis. Daar is ze een volkomen gezond kindje. Geen erfelijke afwijking, geen invloed door onze leeftijd. Een ‘de novo’ afwijking zoals de klinisch geneticus het noemt en pure, vette pech. Een foutje in de celdeling van de foetus.

Omgaan met deze ‘prenatale kennis’ was een intens heftig proces dat behalve ons, velen om ons heen heeft geraakt. Bewust probeerden we om ons niet te laten beïnvloeden door de mening van anderen. Gelukkig realiseerden de meeste mensen zich dat zij weinig konden zeggen over wat ‘de juiste keuze’ voor ons zou zijn. Toen wij deze situatie de afgelopen weken op ons lieten inwerken, werden wij ook voor het eerst geconfronteerd met zeer wezenlijke en existentiële vragen die ons diep raakten. Op advies van onze behandelende gynaecoloog besloten we vooral de tijd die we hadden om een keuze te maken, goed te benutten. We voerden gesprekken met diverse artsen, zochten zoveel mogelijk informatie op over hoe het leven er uit gaat zien met een kindje dat mogelijk lichamelijke en geestelijke beperkingen heeft. Maar vooral werden we overspoeld door angst en zorgen door de vele, vele vragen.

’s Nachts, als ik wakker werd en haar voelde bewegen in mijn buik (en dat werd de laatste weken natuurlijk steeds vaker en sterker), sloot ik me helemaal van haar af. Ik wist immers niet hoe lang ze nog in mijn buik zou leven en kon me simpelweg niet aan haar hechten. Maar als ik me dan toch moest verdiepen in hoe het zou zijn als ik samen met haar vader zou besluiten om haar bewust eerder geboren te laten worden en hoe ik me zou voelen als ze levend ter wereld zou komen (en die kans is niet gering) en daarna binnen een aantal uur dood zou gaan in mijn armen, dan blokkeerde ik helemaal….. omdat ik inmiddels twee baby’s heb gebaard en heb gevoeld hoe euforisch de ervaring is om een kind te baren, kon ik helemaal niets met de gedachte dat dit kindje door mijn vroegtijdig gekozen baren de dood zou vinden. Geboorte en dood zijn twee zo enorm uiteenlopende gebeurtenissen; die kan mijn geest niet verenigen.

Afgelopen maandag, op 8 april, ging ik toch naar de drukker om het rouwkaartje uit te zoeken. Die dag had ik ook het pakje besteld dat ze zou dragen als ze geboren zou zijn en waarin ze zou worden gecremeerd of begraven. Heel rationeel allemaal…. Ik sloot me af van de gedachte dat ik op dinsdagmiddag, na het gesprek met de gynaecoloog, bij de apotheek de pil zou gaan halen die mijn baarmoedermond zou gaan openen en dat ik 36 uur later, vandaag dus, zou worden opgenomen in het ziekenhuis om met medicijnen de bevalling op te wekken. Ik kon er niet aan denken, dat was te groot om te bevatten.

Afgelopen dinsdag, op 9 april, ging ik op zoek naar een cadeau voor Patrick voor onze huwelijksdag die gisteren was. Maar ook ging ik naar iets op zoek waarmee ik een symbolische herinnering aan ons kindje zou hebben dat vandaag zou doodgaan. Ik ben fan van de beeldjes van “Willow Tree” van Susan Lordi. Voor de baby bestelde ik bij een rouwwinkel het beeldje “Remembrance” en voor onze trouwdag het beeldje “Around You”. Tranen huilde ik niet meer, wel voelde ik me intens verdrietig. ’s Middags kwam ook het pakje met kleertjes dat ze in haar kistje zou dragen. Ik durfde het niet te openen maar besloot het dicht te laten en in het ziekenhuis aan de verpleegkundige te geven zodat zij het ons dochtertje zou kunnen aantrekken. Hoe dichter ik bij haar dood kwam, hoe meer mijn hart dicht ging.

De afgelopen week kwam mij een stukje tekst onder ogen op de website “Sporen van God” (www.sporenvangod.nl ), waar het thema “Leven uit wat je gegeven wordt” werd beschreven. Een thema waarover je kunt nadenken in de periode van Pasen tot Pinksteren. Het waren de volgende woorden die bij mij beklijfden:

Quote:

“De weg van God is niet iets anders dan het gewone leven, maar ligt er midden in. Het gaat om omkering: niet meer vanuit je eigen projecten in het leven staan, maar oog krijgen voor wat er naar jou toekomt en wat er van binnenuit in je beweegt. In deze periode gaat het om een groeiende openheid voor wat er aan je gegeven wordt, met wie je verbonden bent, hoe de weg jóu wil gaan. De concrete gebeurtenissen van je leven zijn niet zonder bevrijdende mogelijkheden, of ze nu positief of negatief zijn”. 

Unquote.

Deze woorden bleven hangen in mijn bewustzijn en ik vroeg me af in hoeverre dit te maken had met de keuze die Patrick en ik het afgelopen jaar hebben gemaakt om God bewust meer in ons leven toe te laten. Hoewel we beiden niet heel religieus dogmatisch willen zijn, zijn we wel serieus in de zoektocht om uit te vinden wie God nu precies is. Saillant detail is dat ik op de dag dat we bericht van het Erasmus Medisch Centrum kregen dat er iets mis was met onze baby, de naam “Josephine” ingefluisterd kreeg. Zowel Julia en Eva, onze oudste twee dochters, hebben aan ons voor hun geboorte hun namen ‘telepathisch’ doorgegeven. Julia aan haar vader en Eva aan mijn moeder. Die middag, nog voor dat ik het ziekenhuis had gesproken, zocht ik de betekenis van deze naam -  Josephine - op en was zeer verheugd om die te lezen: “Jahweh vermeerdert zich”…. In mijn beeld van God een uitbreiding van Zijn licht en Zijn liefde.

Dinsdag 9 april was een vreemde dag. We hadden om half vijf een afspraak met de gynaecoloog en zouden dan definitief onze keuze moeten maken. Afgelopen week hadden we al aangegeven dat we waarschijnlijk zouden overgaan tot het afbreken van de zwangerschap. De gynaecoloog gaf toen aan dat de officiële 5 dagen bedenktijd die juridisch moet worden gehanteerd voordat de zwangerschap mag worden afgebroken, dan ook zou ingaan. Daarna zouden op 9 april de papieren moeten worden getekend en zou het afbreken worden ingezet door de eerste medicijnen in te nemen die nodig zouden zijn. Patrick ging ’s morgens naar mijn ouders om met hen af te spreken dat Julia en Eva ’s middags bij hen zouden kunnen blijven. Toen hij terug kwam waren we allebei in een vreselijke mineurstemming. Het idee dat we nu definitief voor de dood van ons kindje zouden kiezen, drukte zwaar op ons. In het laatste gesprek dat we ’s middags samen voerden bleef de vraag zich aan ons opdringen of het toch niet mogelijk was om haar te houden, alle rationele argumenten ten spijt. Ik vond het idee verschrikkelijk om bewust stappen te moeten zetten die zouden leiden tot haar dood, hoe moeilijk de vooruitzichten voor haar leven misschien ook zijn. Al weken voelde ik me fundamenteel geraakt door de vraag of ik het recht in eigen hand mag nemen om mijn eigen kind te doden. Er is zo iets tegenstrijdigs in die vraag; het dilemma past simpelweg niet in een moederhart. Maar de rationele argumenten wogen ook zwaar, het “niet weten” wat er gaat gebeuren, de angst om de toekomst….

Toen ik Patrick nogmaals vroeg wat zijn hart hem nu eigenlijk echt vertelde, ECHT ECHT ECHT, achter alle ruis van de ratio, heb ik me even terug getrokken. Even later kwam hij naar me toe en zei dat zijn hart ECHT zei dat hij Josephine wilde laten komen, om haar te leren kennen. Toen ik dat van hem hoorde, kon ik niet anders dan toegeven dat dit ook mijn keuze was. Wat toen gebeurde was heel mooi. Ons beiden overviel een intens gevoel van vrede; dit is voor ons de juiste keuze. Het was of kiezen voor angst én dood, of kiezen voor leven én liefde. Iets anders konden we er niet van maken. We realiseerden ons ook dat de vragen die de afgelopen weken door ons hoofd hadden gespookt, nog steeds onbeantwoord waren. We wisten nog steeds niet wat de toekomst ons zal brengen met Josephine; dat kunnen de artsen ons niet eens vertellen.

We hebben deze week diep in onszelf ervaren dat kiezen voor liefde en leven het moment van overgave is geweest. Overgave aan “hoe de weg ons wil gaan” in plaats van hoe wij zelf onze plannen trekken. En die overgave kwam omdat we beiden bereid waren om te luisteren naar ons hart.